Hoe te komen tot echt herstel Westerschelde Er is  veel gesteggel rond de natuurprojecten Hedwigepolder, Perkpolder, Waterdunen (Oud Breskenspolder) en het Zwin. Ten onrechte wordt keer op keer aangegeven dat deze projecten leiden tot natuurherstel in de Westerschelde.
Dat is onjuist, deze projecten doen niets aan natuurherstel van de Westerschelde en werken zelfs (marginaal) averechts. De natuurlijke ontwikkeling van de Westerschelde is uit balans door menselijk handelen. Biologen en ecologen constateren een verschuiving in de natuur van ondiepe naar diepere estuariene natuur.
Juist die ondiepe natuur, met name de intergetijdnatuur, achten zij (terecht) het waardevolst.
De relevante factoren in dit proces zijn de eerste twee verdiepingsrondes, de zandwinning zowel op de Zeeschelde als op de Westerschelde, alsmede de door de Vlamingen te ruim gemaakte Zeeschelde.
Nog altijd vindt beetje bij beetje verschuiving plaats naar diepere estuariene natuur door verlies van sediment in de Westerschelde als gevolg van zandwinningen tegen natuurlijk verlies aan slib en zand vanuit de Westerschelde aan de Zeeschelde.
Dit gaat gewoon door, of de "poldernatuurprojecten" nu worden uitgevoerd of niet.
Hoe meer er in die projecten bodemafgravingen plaats vinden, des te meer zal hierdoor ook sediment aan de Westerschelde worden onttrokken door opslibbing. Dit is echter een beperkt effect.

Als de Nederlandse overheid echt iets wil doen aan 'natuurherstel' van de Westerschelde, dan zal eerst naar een situatie moeten worden gezocht waarin verdere onnatuurlijke verschuiving kan worden gestopt. De mogelijkheden om dit een halt toe te roepen zijn er. 
Allereerst dient het Rijk te stoppen met het verlenen van zandconcessies. Voorts zal Vlaanderen het jaarlijkse verlies van sediment (twee derde slib, een derde zand) aan de Zeeschelde moeten terugstorten in de Westerschelde.
Het terugstorten van slib in de Westerschelde biedt Vlaanderen beleidstechnisch grote voordelen. Maar samen uit, samen thuis: ook het zand terugstorten!

Alternatief.  In een volgende stap kunnen ter compensatie naar behoefte in de verschillende morfologische eenheden van de Westerschelde strategisch zandbuffers (zandmotors) worden aangebracht, die tot meer ondiepe estuariene natuur zullen leiden.
Wel zal er sprake zijn van een toename van 'slim' baggeren, maar dat is inherent aan de niet-natuurlijke ligging van de Antwerpse haven voor diep stekende schepen.       Dit is al in een eerder stadium als alternatief bij de toenmalige commissie-Nijpels ingediend.
Deze commissie wenste echter geen oplossingen in de Westerschelde zelf in beschouwing te nemen,
omdat deze niet zouden leiden tot uitbreiding van estuariene natuur.
De genoemde projecten voor poldernatuur ,in feite tekentafelnatuur, staan dus op zichzelf en bieden ook geen compensatie in lijn met de verschoven natuur (volstrekt andere omstandigheden).
De overheid had deze projecten niet mogen promoten onder het onjuiste voorwendsel van natuurherstel in de Westerschelde.
Verdieping en Ontpoldering zijn feitelijk vormen van zelfondermijnend gedrag.

Het meest ondoordachte plan is de 75 hectare getijde-natuur in plan Perkpolder onder regie van de provincie Zeeland.
Hier worden uiterst zeldzame I2de en /l3de-eeuwse zoete polders,ouder dan de Westerschelde, in een binnenbocht gelegen van de Westerschelde ,deels afgegraven en bewust sterk verzilt.
De verzilting zal zich niet beperken tot het plan zelf. De zeedijk wordt landinwaarts verplaatst en secundaire dijken in het plangebied verdwijnen. Daarmee wordt het adagium van meerlaagse veiligheid geweld aangedaan.
Een inrichtingsplan met afgravingen is niet duurzaam en niet zinvol vanwege de opslibbing. Deze opslibbing speelt ook bij de andere plannen.
De bescherming van het landschap met zijn natuur is verlaten voor zelf bedachte natuurprojecten.
Afgewacht moet worden in hoeverre de bedoelingen van de ontwerpers uitkomen. De natuur heeft immers haar eigen agenda. aldus een eerdere publicatie van
dhr Ir.W.B.P.M. Lases   Gepensioneerd waterbouwkundig  ingenieur

Noot vanuit het veld:
Veel inwoners van Zeeland begrijpen niet waarom er niet geluisterd wordt naar argumenten vanuit het veld bij het tot stand komen van het politiek besluit om tot ontpoldering over te gaan. Waarom zo vasthouden aan argumenten  die bij voortschrijdend inzicht blijken niet juist te zijn? En dus niet terug komen op die verkeerde beslissing?
Over de hoofden heen van de bevolking besluiten nemen die de bevolking pijnlijk raken en daarbij het wegmoffelen van inzichten en bewijsvoering die niet pasten in die besluitvorming is toch een ondergraving van de democratisch beginselen?
Als klap op de vuurpijl willen ze ons nu ook nog doen geloven dat de plannen in het Zwin tegemoet komen aan het herstel van de Westerschelde!!
Het Zwin is een aparte inham aan de Noorzee op de Belgische grens!! Het moet toch niet zotter worden!